“Meer publieke regie overheid nodig voor slachtoffers letselschade”

De overheid moet meer regie nemen om de ondersteuning van letselschade-slachtoffers te verbeteren. De tijd van eindeloos overleg met alle betrokken partijen is nu voorbij. Daarmee wordt de kans aanzienlijk verminderd dat slachtoffers in handen van zogeheten cowboys vallen.

Dat zegt De Letselschade Raad, de onafhankelijke en overkoepelende organisatie van alle partijen die betrokken zijn bij de behandeling van letselschade zaken, naar aanleiding van het recente WODC-rapport ‘De belangenbehartiger bij letselschade’.

Volgens De Letselschade Raad moet er nu snel een concreet actieplan komen, met een gezamenlijke aanpak van alle betrokken partijen. De Letselschade Raad pakt dit graag samen met staatssecretaris Struycken van Rechtsbescherming op.

Slachtoffers met letsel komen vaak in een moeilijke situatie terecht. Zij hebben te maken met onverwachte en onbekende problematiek. Daarom is het belangrijk dat zij kunnen rekenen op professionele hulp. Belangenbehartigers moeten over de juiste kennis en ervaring beschikken om letselschade-slachtoffers goed te kunnen bijstaan. Ook moeten zij transparant zijn over hun werkwijze en de kosten van hun diensten. Dit is essentieel om de ondersteuning van slachtoffers te verbeteren en ervoor te zorgen dat zij de hulp krijgen die zij nodig hebben. Met het huidige Nationaal Keurmerk Letselschade (NKL) bestaat er een goed instrumentarium om het kaf van het koren te scheiden, maar dit is op vrijwillige basis. Hier is een rol voor de overheid en wetgever weggelegd.

De aanleiding voor het WODC-onderzoek is een motie die is aangenomen door de Tweede Kamer. Deze motie vraagt de regering om onderzoek te doen naar misstanden in de praktijk van belangenbehartigers van letselschade-slachtoffers.